Open huis
Door: Riet
Blijf op de hoogte en volg Riet de Groote
08 November 2015 | Madagascar, Antsokay
Hoewel onze relatie met Dario niet echt innig was, komt de schat ons, onopgemaakt en in bevallig kort broekje, gedag zeggen voor de boot vertrekt. Dat is dan wel weer professioneel.
Mijn enkel is dik, maar functioneert behoorlijk; doet niet veel pijn.
Op het strand was het windstil, op zee zijn hoge golven. Ongetwijfeld het gevolg van de harde wind van afgelopen nacht. De boot maakt flinke klappen.
Terug bij Blú gaan we direct aan de cola. Wat kan je daar een trek in hebben als je je lamlendig voelt van de hitte of net als Gerda, van een lichte malaise.
Bij Peter Pan hebben we onze laatste Ariary uitgegeven, dus om het ontbijt te kunnen betalen, moeten we eerst naar de bank. En als we daar toch zijn.... Het Tourist Office ligt er tegenover. Heel misschien kunnen ze ons daar wat wijzer maken m.b.t. het Arboretum in Antsokay. Een stel bij Peter Pan vond het een aanrader. In de LP wordt het de enige bezienswaardigheid in Tuléar genoemd, terwijl het er 15km. vandaan ligt. Kan je nagaan, hoe het hier met de attracties is gesteld.
De VVV-meisjes lijken vooral aanwezig ter decoratie. Van het arboretum weten ze niks, behalve dat je er beslist niet kan overnachten. Ook als wij zeggen dat de LP spreekt van bungalows (ok...druk uit 2012) en dat mensen er afgelopen week nog hebben overnacht, houden ze dapper vol.
"May be you can phone them and ask?" probeer ik voorzichtig.
Ze grijpen niet direct naar de telefoon, maar met wat druk van onze kant, komt het er toch van.
En surprise, surprise! Er zijn bungalows!
Het gaat hier precies zoals het in de LP zo fijntjes wordt verwoord: "There are persons here to answer questions, but that's about it".
We hebben meer boodschappen te doen. Imodium bij de apotheek en een oude, magere blanke non verkoopt ansichtkaarten, die ze in een bijbelblad verpakt. Voor postzegels moeten we naar het postkantoor, waar we weer een mooi staaltje van het Afrikaans rekenen mogen aanschouwen. Ik zal jullie niet vermoeien met de details. Het teveel betaalde krijg ik terug.
Rest de vraag: is er plaats bij het arboretum? Bij Blú wil iemand wel voor ons bellen; met mijn eigen telefoon lukt het niet. Halverwege het gesprek is het beltegoed op. Geen nood, nieuwe kraskaart en hup, daar gaan we weer. Er is plek en de taxi erheen kost 20.000 zegt de mevrouw van het arboretum.
Daar denken de taxichauffeurs anders over en er ontstaat nogal wat commotie. Terwijl Gerda de deal vakkundig afrondt, vraagt een goed geklede passante mij wat er aan de hand is en of ze ons kan helpen. Als ik vertel waar het om gaat, zegt ze: "Oh yes, they cheat tourists", op zo'n toon van 'die hebben we al gehad'.
Het enige taxiritje van betekenis lijkt hier de rit van en naar het vliegveld met de weinige toeristen, die zelfstandig reizen. En naar het arboretum dus. De overigens aardige taxi-chauffeur zegt onderweg nog een paar keer dat het echt te weinig is. Wie het weet, mag het zeggen, we gaan er niet op in. Bij het restaurant van het arboretum probeert hij het personeel ervan te overtuigen dat ze voortaan een hoger tarief moeten noemen. Dat lijkt me de beste manier.
De eerste indruk van het park is prima. Natuurstenen gebouwen, rieten daken, winkeltje, restaurant, goed verzorgd. Uitzicht op de lokale beroemdheid, de Tafelberg.
Of we even willen wachten, er komt zo iemand om ons de bungalows te laten zien. Na een half uur gaat Gerda eens informeren:
"O ja, komt u maar mee hoor, de kamers zijn klaar!"
Tijdens het wachten, kregen we de indruk dat er veel vogels zijn. Er kwam er zelfs eentje vlak bij op de grond zitten. Een gids, die ons zag kijken, zei dat het de magpie robin is. Speurwerk heeft intussen duidelijk gemaakt dat die in het Nederlands dayallijster heet. Vogel van de dag!
De keuze valt op de luxe bungalow, een slag groter dan de standaard en, niet te verwaarlozen, een rieten zetel meer. O ja en twee rieten poefjes buiten bij een laag tafeltje. Ik doe wat badinerend, maar de inrichting zit ver boven het eilandgemiddelde, doet zelfs wat denken aan onze uitspatting Le Relais de la Reine.
't Wordt slecht weer, onweer en regen. Ineens zie ik spatjes op het scherm van de iPad en ik voel ze ook. Het dringt nu pas tot ons door dat het huis wel erg open is. Het dak is open: een gat in het midden, waar dan weer een los dakje overheen valt. Ik weet niet of zo'n constructie een naam heeft. Als extra nog een ongepland gat, daar waar het riet kapot is. Het raam en de dubbele deur bestaan uit houten panelen met lamellen, zonder glas of luik.
Het valt mee, grote lekkage blijft uit.
's Avonds in het restaurant blijkt dat we de enige gasten zijn in het spaarzame licht onder de grote rieten kap. De stem van Nina Simone, die Jacques Brel zingt, zweeft door de open schuifdeuren naar het terras met de zandvloer. Ne me quitte pas.....
Menu van de dag: spaghetti fruits de mer voor Gerda, alleen de garnalen trekt ze nog niet. Couscous met groenten voor mij.
Een glaasje pastis mee naar huis, waar diverse insecten feest vieren in het licht van de schemerlamp. Ik ga in de aanval, maar besef al gauw dat ik die veldslag niet ga winnen. Voor elke dooie komen er meerdere levende bij. Kwestie van goed de klamboe instoppen.
-
08 November 2015 - 16:11
:
Nou, valt niet tegen hoor, gaat vast lukken daar. -
08 November 2015 - 23:21
Vince:
Zow....ik ben weer bij met lezen. Liep wat achter. Had niet verwacht dat jullie zo veel zouden kunnen bloggen. WiFi lijkt wel het grootste lichtpunt van de hele reis hihi. Althans in mijn optiek dan ;-)
Dit is nu wel jullie meest luxueuze onderkomen zeg! Geniet ervan! Xx
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley