De nachtbus en het leven erna
Door: Riet
Blijf op de hoogte en volg Riet de Groote
22 April 2010 | Vietnam, Hoi An
Dinsdag 20 april. My God, de nachtbus! Waar zal ik beginnen..bij binnenkomst dan maar. Allemaal schoenen uit en in een plastic zak meenemen naar je slaapplek. Totaal zo’n 30 plaatsen verdeeld over 2 lagen langs de beide zijkanten van de bus en een middenstrook. Wij zijn de laatste stop en hebben geen keuze meer. Gerda komt helemaal achterin terecht, waar 3 plekken naast elkaar zijn en slaapt (nou ja) naast een verliefd Frans stel, waarvan de jongen z’n emotie omzet in veel fysieke onrust. Ik heb een bedje apart links achterin, schuin voor Gerda en net voor de plee. Als je daar dan toch slaapt dan kan je net zo goed voor je gaat liggen maar even gaan. Daarna ben ik minutenlang bezig geweest om dat ding doorgespoeld te krijgen, druipend van het zweet en stuiterend van de ene wand naar de andere, want de bus was intussen vertrokken. Elk object in de benauwde cel dat maar kon bewegen of er zo uitzag heb ik bedrukt, uitgetrokken, verschoven of overgehaald. Tevergeefs, het kreng gaf zijn geheim niet prijs, dus heb ik zo snel en onherkenbaar mogelijk het trapje beklommen naar mijn bobslee. Wat daar lijkt het nog het meest op, het bed. Vanaf je knieën zit je in een dichte ruimte onder het hoofdeinde van je voorligger, wat niet betekent dat je met de rest van je lijf gekke dingen moet doen. Het kussen is van het formaat troittoirtegel en net zo hard. Het is wel humor iedereen bezig te zien en te horen; een fransman deed z’n best om iemand in het Engels te vertellen dat hij als hij dit had geweten, de trein had genomen. Maar hij kwam taalkundig gezien niet uit de ‘zou hebben geweten’-constructie en gaf het maar op. Het meest hilarische moment deed zich voor toen de bus onverwacht heftig in de remmen moest en een Vietnamees, die net in de WC bezig was, ruggelings door de opengeschoten deur het gangpad in werd gelanceerd! In tegenstelling tot Gerda heb ik aardig geslapen, tot half 7 toen de kijkschermpjes weer aan gingen en we konden genieten van de Vietnamese Jantje Smit en consorten. Ca. 9 uur stopte de bus in Hue bijna voor ons hotel, waarvan iemand ons ophaalde en onze rugzakken droeg. Heerlijk, want het is hier errug warm. Voor Roos: ‘jouw’hotel was vol, maar Binh Minh Sunrise is een goed alternatief met wifi op de kamer. ’t Signaal is echter niet steeds even goed. Ontbijt naast het hotel: bananenpannenkoek met chocoladesaus, gemberthee, springrolls (de favoriet van Ger) en kokoscake. Dan op naar de Citadel, DE attractie van Hue. ’t Is, naast de citadel zelf, een groot ommuurd gebied met vele gebouwen en pagodes, waar een keizer van de Nguyen dinastie was gehuisvest met zijn personeel niet te vergeten. Dit geheel is erg beschadigd in de oorlogen en wordt driftig gerestaureerd. Wij vinden de niet-gerestaureerde gedeeltes eigenlijk het mooist. ’t Is zo warm dat ik cola drink, iets wat pas gebeurt als de temperatuur ruim boven de 30C zit. De weinige toeristen hebben het aardig te kwaad met de hitte, vooral de groep veel te dikke fransen met ‘mag-dit-maar-voorbij-zijn’-hoofden, die steeds ergens willen gaan zitten, maar door hun fris uitziende gids voortgejaagd worden over het terrein. In het park aan de oever van de mooie Perfume-rivier smaakt het bier goed. Morgen fietsen huren en naar het strand van Thuan An, zo’n 15 km. hier vandaan.